Op dit forum zijn minimaal 3 oud-Heinkelbezitters, dus nog maar wat achtergrond en beschouwingen.
Ernst Heinkel was een bijzonder en intrigerend figuur. Hij was een inventief technicus, maar ook een goed ondernemer. In 1910 bouwde hij zijn eerste vliegtuig en in 1922 stichtte hij zijn eigen fabriek. Hij was geobsedeerd door snelheid en bouwde ook het eerste straalvliegtuig, de He178, die al in 1939 een korte vlucht maakte. Echter de partij had bepaald dat Heinkel de bommenwerpers moest maken en Messerschmitt de jagers. De He 111 tweemotorige bommenwerper, was in 1940 al verouderd en vaak een prooi voor de Engelse jagers, maar nog wel goed genoeg om Rotterdam in puin te leggen op 14 mei 1940.
Zijn verhouding tot het derde rijk is gecompliceerd. Hij was lid van de NSDAP, maar geen Nazi en verklaard tegenstander van Adolf H. (zegtie zelf) en hij maakte ook gebruik van dwangarbeiders.
In ieder geval mocht hij in 1950 weer iets gaan ontwerpen en fabriceren. Dat waren motoren, o.a. de 3-cilinder 2-takt voor de SAAB 93. Van 1953 tot 1965 maakte hij de scooter Heinkel Tourist en iets later ook de Heinkel Kabine een driewieler met voorinstap.
De Heinkel Tourist
Het is opvallend dat Heinkel scooters altijd leuke en enthousiaste reacties teweeg brengen. Er zijn zowaar nog 2 Heinkelclubs actief in NL, voor zover ik heb kunnen nagaan. Die kom je wel eens tegen op oldtimer gebeurtenissen. En als je dan vertelt dat je er vroeger ook één hebt gehad en dat je er best weer één zou willen hebben is de reactie, oh maar dat horen we zo vaak van bezoekers.
De 101 en 102 serie zijn beperkt geproduceerd, maar met de 103 kwam de productie goed op gang.
Het verchroomde stuur bleef behouden bij de 103-A0, de bandenmaat werd vergroot en er kwam een vierde versnelling bij.
Met de 103-A1 ging de snelheidsmeter naar het plaatstalen stuur, zodat hij niet meer je knieschijf doorboorde bij een aanrijding. Ook werd de motor opgehangen in rubber, zodat je geen gratis voetmassage meer kreeg.
De 103-A2 kreeg wat optische wijzigingen onder invloed van de vleugels van (VS) automobielen.
En in 1965 was het over met de Heinkelpret.
Mijn Heinkel Tourist 103-A1 heb ik met veel plezier bereden. Zoals eerder vermeld, vond ik het enige nadeel de stuurversnelling. Ik was verwend door de voetversnelling van mijn vorige scooter, waarbij je altijd de goede hogere of lagere versnelling pakte door een ram op voor- of achterkant van de versnellingshefboom te geven met als eindstop de voetenplank, mits goed afgesteld. Bij de Heinkel moest je uiteraard ook de versnelling goed afstellen, maar dan nog was het soms zoeken en met sowieso een onnatuurlijke polsbeweging in de extreme versnellingen.
De in rubber opgehangen motor gaf toch nog wel trillingen, want dat is haast onmogelijk te vermijden met een eencilinder. Ooit ben ik met een 103-A0 uit Frankrijk teruggereden en ik kan me niet herinneren dat dat significant meer trilde, maar het is wel 55 jaar geleden. Die gebeurtenis staat beschreven in het draadje “De Franse vrachtwagenchauffeur”.
Adri